NCTV wil dat burgers anderen informeren over NL-Alert noodmelding

Het is belangrijk dat burgers anderen over NL-alert noodmeldingen informeren, zo stelt de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV). Uit onderzoek blijkt dat zes op de tien mensen die vorig jaar een NL-alert noodmelding ontving anderen hierover niet informeerde. “Het is belangrijk om anderen te informeren, zodat iédereen direct informatie heeft bij een noodsituatie. Ook de mensen die het NL-Alert niet hebben ontvangen”, aldus de NCTV.

Nederlanders onder de dertig jaar waarschuwen en informeren anderen het vaakst, gevolgd door ouders met kinderen. In de meeste gevallen worden partners, ouders, kinderen en vrienden over een NL-alert op de hoogte gebracht. Om ervoor te zorgen dat meer Nederlanders hun directe omgeving waarschuwen en informeren bij een noodsituatie startte de overheid vorige maand de campagne ‘NL-Alert: Iédereen direct informatie bij een noodsituatie’.

Met NL-Alert informeert de overheid burgers over rampen, incidenten en andere noodsituaties. Naast telefoons is NL-Alert ook steeds meer te zien op digitale reclameschermen en digitale reisinformatieschermen in het openbaar vervoer. De overheid zendt twee keer per jaar het NL-Alert testbericht uit op de eerste maandag in juni en december.

Omdat de eerste maandag in juni op Tweede Pinksterdag viel wordt het NL-Alert testbericht van juni volgende week uitgezonden, namelijk op maandag 13 juni rond twaalf uur. Via het testbericht kunnen burgers controleren of hun toestel goed staat ingesteld om NL-Alert te ontvangen en hoe het is om een dergelijk bericht te krijgen. “Let wel op, het NL-Alert kan hard klinken als je oordopjes of een koptelefoon gebruikt”, zo waarschuwt de NCTV alvast.